De lente staat voor de deur! Er is geen beter moment om met je moestuin te starten. Wat is er leuker dan samen met je kroost je eigen oogst te verzamelen? Wij geven je hieronder enkele tips om er stap voor stap mee aan de slag te gaan. De moestuin voor beginners!
Stap 1: hou het klein.
Begin met het maken van een plan! Bedenk welke groenten en fruit je lekker vindt en hoeveel tijd je ervoor hebt. Als je niet veel tijd hebt, is het beter klein te beginnen. Anders dreigt een moestuin snel een flinke klus te worden. Dan is het een kwestie van keuzes maken. Klassiekers zoals courgette, wortel, sla, tomaat of komkommer zijn een optie. Maar we staan je ook graag bij voor pompoenen, meloenen, zoete aardappel,…
Stap 2: kies een plekje
Het is best vroeg in de lente reeds een plekje voor je groentetuin te kiezen. Bij voorkeur een plaats met flink wat zon en weinig wind. Deze kan je dan tijdens de winter al afdekken om gras en onkruid te verwijderen. Het is belangrijk dat de plek onkruidvrij is! De grond moet daarnaast ook vruchtbaar zijn. Indien dat niet zo is, kunnen we je vrijblijvend adviseren over de nodige meststoffen.
Verder hou je best ook rekening met de watertoevoer: het is wellicht handig je tuintje dichtbij je waterput, waterton of kraantje in te richten. Zo hoef je niet steeds heen en weer te lopen.
Stap 3: maak een goede indeling
Nadat je keuzes hebt gemaakt qua groentes, kruiden en fruit, kan je een ontwerp maken. Je kan werken met rijtjes en vakken. Die kan je eventueel scheiden van elkaar door gebruik te maken van plankjes, stapstenen of kleine haagjes. Bij deze laatste dien je wel grondig advies in te winnen gezien sommige soorten de voeding van je planten wegneemt, net als het water. Soorten zoals lavendel of rozemarijn zijn wel een goede keuze en zijn bovendien nog nuttig ook!
Stap 4: combinaties maken
Aanvankelijk zal je wat moeten uittesten om uit te vinden wat werkt in jouw tuin! Begin gemakkelijk met soorten zoals courgettes, wortelen, lente-uitjes, radijsjes, erwtjes, verschillende slasoorten, snijbiet, bonen, peultjes… Heb je ervaren groene vingers en ruimte voor meer? Dan kun je je aan moeilijkere soorten zoals bloemkool, tomaten, paprika, witloof en knolselder wagen.
EXTRA TIP
Niet alle groenten, kruiden en fruitsoorten verkeren graag in elkaars gezelschap: dille houdt niet van venkel, selder niet van peterselie. Andere combinaties versterken elkaar dan weer en houden ziektes en beestjes op een afstand:
- radijs bij sla of komkommer;
- wortel bij ui, prei of rozemarijn;
- tomaten bij bieslook, uien of peterselie;
- spinazie bij aardbeien;
- aubergines bij bonen…
Ook sommige bloemen beschermen groenten en kruiden tegen beestjes: Afrikaantjes houden aaltjes weg van knolgewassen, bonen, sla of bleekselder; goudsbloemen verjagen dan weer mieren.
Stap 5: zaaien of planten?
Fruit start met jonge struikjes of boompjes. Dat kan je niet zaaien. Met groente of kruiden kan dat wel. Maar als je pas begint, kan het handig zijn gewoon (geënte) plantjes te kopen! Dan hoef je niet te zaaien en uit te dunnen. In elk geval geldt: vergeet de kaartjes er niet bij te plaatsen. Anders vergeet je na enkele weken ongetwijfeld wat waar staat!
Stap 6: onderhoud
Je ontkomt er niet aan: een groentetuin vraagt heel wat onderhoud. Vooral de strijd tegen onkruid kan al eens een flinke klus zijn. Je kan een schoffel of hakje aanschaffen om het onkruid tussen je rijtjes plantjes weg te halen. Kies een warme dag uit: dan zal het weggehaalde onkruid meteen verdrogen en krijgt het minder de kans om zich te verspreiden. Vlakbij je groenteplantjes ga je beter met de hand te werk op vochtige dagen. Zo kan je plantjes die je per ongeluk verwijdert, meteen weer terug stoppen.
Daarnaast moet je natuurlijk ook rekening houden met water geven. Dat hoeft normaal alleen in droge periodes, maar dat is ook afhankelijk van je bodem. Zanderige bodem heeft meer water nodig dan leemachtige grond. Let ook op de temperatuur van het water: indien dit ijskoud is, kan dit je jonge plantjes laten schrikken.
Tijdens de winter, is de moestuin leeg. Dan kan je de plekjes met mulch bedekken om onkruid tegen te gaan. Ook uitdroging en afkoeling worden dan vermeden. Bij de eerste lentestralen (februari/maart) kan je het mulchlaagje weghalen zodat de grond weer kan beginnen opwarmen.
Weinig plek?
Een kleine tuin hoeft geen probleem te vormen. Tegenwoordig kan je in potten, bakken en ophangsystemen al heel ver komen! Zo bestaan er ook moestuinbakken of -tafels of vierkantemeter-tuintjes die je aan je muur kan ophangen.
Meer tips nodig? Zaadjes of plantjes kopen? Daarvoor kan je terecht bij Bloemen Robberechts in Meise (Wolvertem). Kom gerust langs voor ons grote aanbod aan moestuin- en buitenplanten of voor advies op maat. We zijn er voor zowel beginners in de moestuin als voor de doorwinterde groentetuinman of -vrouw.